Portfoliotentamen Jaar 1
Volledige vakbeschrijving
In het eerste jaar is het doel om studenten te laten wennen aan het portfolio, een goed begin te maken met het aanleggen van een eigen collectie bewijsmateriaal en staan ervaringen centraal. De nadruk ligt op het leren herkennen en analyseren van leerervaringen. Tegen het einde van het jaar wordt de brug naar competentiedenken geslagen. Professioneel gedrag is vanaf het begin een belangrijk aandachtspunt.
Iedere student heeft in jaar 1 minimaal vijf keer contact met de mentor:
- Het eerste contact (blok 1.1) vindt plaats in de mentorgroep bij aanvang van het studiejaar: de mentor en studenten maken kennis met elkaar en de studenten worden geïnformeerd over het doel en de werkwijze van het portfolio.
- Het tweede contact (blok 1.2) vindt tevens plaats in de mentorgroep en de studenten leren hoe zij ervaringen kunnen herkennen en analyseren in de vorm van een ervaringskaart.
- Het derde contact (blok 1.2) is individueel. Mentor en student bespreken de toetsresultaten, de feedback en de eerste ervaringskaart (en).
- Het vierde contact (blok 1.4) is weer een individueel gesprek. In dit gesprek worden de ervaringskaarten en bijbehorende analyse besproken in combinatie met studieresultaten en bewijsmaterialen.
- Het vijfde contact (blok 1.5) vindt plaats in de mentorgroep en studenten gaan aan de slag met het vertalen van de analyse van hun ervaringskaarten naar competentiekaarten. Uitleg wordt gegeven over het mentor advies in jaar 1 en de beoordelingsprocedure in jaar 2. Een overzicht van het porfolio programma jaar 2 wordt geven door de mentor.
- Na het vijfde contact geeft de mentor aan de hand van rubrics een advies over de kwaliteit en voortgang van het portfolio inclusief de professioneel gedrag ontwikkeling van de student.
Doelstellingen van dit vak
In de bachelorfase is er voor gekozen studenten vanaf het begin van hun opleiding te begeleiden bij hun ontwikkeling tot medisch professional, in de vorm van een portfolio dat uitgaat van en aansluit bij de context van hun studiefase. Het betreft een elektronisch portfolio in EPASS, dat gecombineerd wordt met een mentorsysteem.
Een portfolio in combinatie met een mentorsysteem is een instrument dat de bachelorstudent kan helpen om:
- zicht te krijgen en te houden op de ontwikkeling van kennis en vaardigheden (de eigen “groeicurve”) en tijdig bij te sturen waar dat nodig is;
- al doende te “leren leren” van ervaringen en feedback en het eigen leerproces in te richten;
- problemen in en rond de studie in een vroeg stadium te signaleren zodat tijdig passende hulp gezocht kan worden en/of studievertraging voorkomen kan worden;
- geleidelijk te leren reflecteren op ontwikkeling vanuit het perspectief van competenties, om zodoende de overgang naar de masterfase en het masterportfolio te vergemakkelijken;