Gezondheidszorg voor Mensen met een Verstandelijke Beperking
Volledige vakbeschrijving
In Nederland leven ruim 115.000-150.000 mensen met een verstandelijke beperking (VB). De helft van hen woont in een instelling of kleinschalige woonvoorziening voor mensen met VB; de andere helft woont thuis. Zij participeren steeds meer als gewone burgers in de maatschappij. Zij hebben ruim tweemaal zo veel gezondheidsproblemen als andere patiënten en doen daarom vaker een beroep op de gezondheidszorg in de eerste lijn. Veel mensen met VB ondervinden bij contacten met artsen en andere hulpverleners problemen in het communiceren. Ook zijn hun gezondheidsproblemen complexer, mede in samenhang met de etiologie van hun handicap. In dit blok maken de studenten kennis met het werk van de AVG (arts verstandelijk gehandicapten), met mensen met een VB, hun ouders, andere naasten en verzorgers en de professionals die bij de zorg betrokken zijn. Onderdeel van het blok zijn de meeloopdagen in een instelling voor mensen met een VB. Tijdens deze dagen kan de student kennis maken met de werkzaamheden van de AVG en diverse andere professionals verbonden aan de zorginstelling. Ook is er de mogelijkheid om een kijkje te nemen in de woon- en/of werksituatie van mensen met een VB. In een oudergesprek en het gesprek met verzorgenden staan de beleving van de mensen rondom de persoon met een VB centraal. Het onderwijs is gericht op inzicht verwerven in de mogelijkheden en beperkingen van mensen met een VB. Onderwerpen daarbij zijn: communicatie, zintuigstoornissen, oorzaak van de handicap (etiologie) en bijbehorende co morbiditeit, gedragsproblematiek, epilepsie, zelfbeschikking, juridische status, autonomie en wilsbekwaamheid, zelfredzaamheid en bepaling van de mate van handicap, cq. de ondersteuningsbehoefte. Aantal beschikbare plaatsen: 25 Keuzeonderwijs Bachelor Geneeskunde
Voor uitgebreidere informatie, klik op deze link: Keuzeonderwijs Bachelor Geneeskunde
Doelstellingen van dit vak
De student heeft kennis van de frequent voorkomende gezondheidsproblemen bij mensen met een verstandelijke beperking. De student kent een aantal van de voornaamste (genetische) oorzaken van een verstandelijke beperking en kan voorbeelden noemen van co morbiditeit bij deze syndromen. De student heeft zicht op enkele vaak voorkomende psychiatrische en gedragsstoornissen bij mensen met een verstandelijke beperking. De student is op de hoogte van het zorgaanbod en de organisatie van de medische zorg voor mensen met een verstandelijke beperking. De student kan het gedrag, de houding, de manier van bewegen en de mimiek observeren en beschrijven. De student kan in een gesprek met een persoon met een verstandelijke beperking en een ouder of verzorger nagaan hoe de persoon zijn gezondheid ervaart, wat diens problemen zijn en welke de problemen van de ouder of verzorger zijn. De student heeft een indruk van de verschillende communicatiebeperkingen van mensen met verstandelijke beperkingen. De student heeft kennis gemaakt met de begrippen autonomie en rechts- positie (waaronder wilsbekwaamheid) van de persoon met een verstandelijke beperking.
Aanbevolen literatuur
- S. Franck