Onderzoeks- en Schrijfvaardigheden I
Volledige vakbeschrijving
Dit Nederlandstalige blok richt zich op het ontwikkelen van schrijf- en onderzoeksvaardigheden die nodig zijn op universitair niveau. Het blok omvat 3 periodes (september tot en met januari). In periode 1 en 2 krijgen studenten een aantal opdrachten om hun leesbegrip en schrijfvaardigheden te ontwikkelen. Ze volgen ook een lezingencyclus over het thema "Cultural Memory". In periode 3 schrijven studenten, in een aantal stappen, een individueel paper. Ook geven ze een presentatie van hun onderzoeksresultaten. Tijdens dit traject krijgen studenten feedback op de kwaliteit van hun werk van een schrijfcoach/tutor en leren ze elkaars werk te beoordelen (peer feedback). Elementaire stappen in het schrijf- en onderzoeksproces, zoals het formuleren van een onderzoeksvraag, het structureren van een paper, argumenteren en het verbinden met wetenschappelijke literatuur, komen uitgebreid aan bod. Nederlandstalige studenten kunnen voor dit blok kiezen als ze vaardigheden in het academisch schrijven en presenteren in het Nederlands willen verwerven en verder willen ontwikkelen. Studenten kunnen zich in week 1 van het academisch jaar bij het Front Office melden om zich voor dit Nederlandstalige blok in te schrijven.
Doelstellingen van dit vak
Het leren schrijven van een academisch paper in het Nederlands, op basis van eigen onderzoek (literatuurstudie), op een voorgeschreven cultuurwetenschappelijk onderzoeksterrein (Cultural memory).
Aanbevolen literatuur
Booth, W., Colomb, G., & Williams, J. (2008). The craft of research. The University of Chicago Press.
Jackson, H. (2005). Good grammar for students. Sage.
Rawlins, J. & Metzger, S. (2012). The writer’s way (8th ed.). Boston: Wadsworth.
Goosen, M., & Schoordijk, F. (2017). Basisvaardigheden academisch schrijven. Coutinho.
Renkema, J. (2012). Schrijfwijzer. Boom.
Wachter, L. de, & Fivez, F. & van Soom, C. (2017). Academisch schrijven: Een praktische gids. Acco.