Somatische Symptoom Stoornissen
Volledige vakbeschrijving
Lichaam en geest zijn nauw met elkaar verbonden. Aangenomen wordt dat psychologische factoren bijdragen aan het ontstaan, verergeren en in stand houden van problemen die een lichamelijke of somatische uiting hebben. Deze module richt zich op somatische symptomen en aanverwante stoornissen, die worden gekenmerkt door het ervaren van lichamelijke symptomen waarvoor geen directe relatie met een onderliggende medische of neurologische aandoening kan worden aangetoond.
Naast het bestuderen van de diagnostische criteria en symptomatologie van somatische symptomen en verwante stoornissen, behandelt deze cursus onderliggende etiologische modellen, verklarende theorieën en mechanismen, en behandelopties. De belangrijkste focus van deze module ligt op de psychologische achtergronden van somatoforme stoornissen, maar er zal ook specifieke aandacht worden besteed aan de sociale en biologische factoren die somatoforme stoornissen helpen verklaren. Verder maken studenten kennis met recente ontwikkelingen in (multidisciplinaire) behandelingstechnieken voor somatische symptomen en verwante stoornissen, waaronder derde golf CGT en positieve psychologie technieken, biofeedback, hypnotische technieken enz.
De module bestaat uit wekelijkse PBL groepsbijeenkomsten (elk 2 uur), aangevuld met plenaire interactieve lezingen of workshops.
De eindbeoordeling voor deze module is een cijfer tussen 0,0 en 10,0.
Doelstellingen van dit vak
Na afronding van de module kunnen studenten hun kennis over somatische symptoomstoornissen vertalen naar een breed publiek. Ze zijn in staat om overeenkomsten te identificeren tussen de verschillende soorten somatoforme stoornissen en om somatische symptoomstoornissen te relateren aan het biopsychosociale model. Studenten kunnen communiceren over somatische symptoomstoornissen binnen een multidisciplinaire context en zijn in staat om op een gepaste manier te communiceren met collega's en patiënten over somatische symptoomstoornissen. Studenten verwerven kennis van en inzicht in de theorieën over de ontwikkeling en het beloop van somatische symptoomstoornissen; in het bijzonder:
- de diagnostische criteria (DSM-V en andere criteria) en symptomatologie voor verschillende prevalente somatische symptoomstoornissen;
- psychologische verklaringsmodellen van somatische symptoomstoornissen en verwante stoornissen;
- het biopsychosociale model als een basis verklaringsmodel voor somatische symptoomstoornissen, met de nadruk op:
- interacties tussen psychologische, biologische en sociale invloeden
- psychologische, biologische en sociale achtergrond, theorieën en factoren.
- De behandelingsmogelijkheden voor somatische symptoomstoornissen, met specifieke nadruk op:
- CGT en exposure therapie
- derde golf CGT en technieken uit de positieve psychologie