Bewustzijn
Volledige vakbeschrijving
Bewustzijn, bewuste ervaringen en belevingen waren de belangrijkste onderwerpen van de negentiende-eeuwse psychologie. Met de opkomst van het behaviorisme verdween het bewustzijn als onderwerp van de psychologische agenda. Pas de laatste decennia is het bewustzijn weer terug in de cognitieve en neurowetenschappen. Bewustzijn wordt nu weer als een van de belangrijkste aspecten van het mentale leven gezien. In deze module komen zowel de materiële basis en de rol van het bewustzijn in het mentale leven aan bod, alsook de filosofische problemen rond de relatie tussen bewuste ervaringen en de processen die de materiële dragers van deze bewuste processen vormen. Belangrijke vragen en onderwerpen zijn: wat is bewustzijn, wat zijn de filosofische problemen die te maken hebben met bewustzijn, zijn er neurofysiologische correlaten van bewustzijn, vormt het bewustzijn een eenheid of hebben split-brain patiënten twee afzonderlijke geesten of ‘bewustzijnen’? Zijn er criteria om vast te stellen of een ander wel of niet bewust is? Een probleem dat van praktisch belang is bij de vraag of we patiënten of familieleden in coma of vegetatieve toestand ontkoppelen van de apparatuur die hen in leven houdt. Maar ook meer technische problemen komen aan bod zoals: Wat is de relatie tussen aandacht en bewustzijn? Hebben we via introspectie toegang tot de inhoud en processen van ons bewustzijn? Zijn er belangrijke vormen van mentale processen zoals denken en redeneren die onbewust verlopen? Wat vertellen dissociatiefenomenen ons over het onbewuste? Is er überhaupt bewustzijn mogelijk zonder aandacht. Ook bijzondere bewustzijnstoestanden als dromen en de verschillende theorieën over het dromen komen aan bod, evenals Libets onderzoek naar de neurofysiologische correlaten van de vrije wil en de kritiek daarop.
De eindbeoordeling voor deze module is pass of fail – en geen cijfer tussen 0,0 en 10,0”
Doelstellingen van dit vak
Studenten:
- begrijpen waarom het moeilijk is om een definitie voor bewustzijn te vinden;
- kunnen de neurale correlaten van bewustzijn bespreken;
- begrijpen het verschil tussen het moeilijke en makkelijke probleem van bewustzijn;
- kunnen aandacht en bewustzijn contrasteren;
- kunnen fenomenaal en psychologisch bewustzijn, zoals voorgesteld door filosoof Chalmers, vergelijken;
- kunnen onderscheiden tuseen verschillenede paradigma’s in bewustzijnsonderzoek;
- kunnen de eenheid van bewustzijn uitleggen en de erbij horende bewustzijn stoornissen;
- kunnen de rol van vrije wil in morele verantwoordelijkheid bespreken.